Kronieken · Genealogie · Orakel
Vrouwelijk principe  · Rhedae  · Vreemde ervaringen  · Bron v Da Vinci-code  · Het Jezus testament  · Juweel in de Lotus
1/ 15e rol · 2/ De evangeliën · 3/ Nazareth · 4/ Familieschandaal · 5/ 1ste echtscheing · 6/ Jezus' vader · 7/ Het kruisteken · 8/ Herodes · 9/ Vergeten Koning · 10/ Rivalen · 11/ Jezus getrouwd · 12/ Maria, sloerie? · 13/ Zondags uitje · 14/ Laatste maaltyd · 15/ Het plan · 16/ Judas · 17/ Dood in tuin · 18/Mysterieuze Jozef · 19/ Uit het graf · 20/ Skeletten · 21/ Oplossing enigma · Appendix

 

21/  De schokkende oplossing van het

       enigma

 

De allereerste vraag die eigenlijk gesteld dient te worden  over de aanwezigheid van de Zeloten te Masada----en die naar het schijnt nooit is gesteld-----is waarom ze daar überhaupt waren? 

Door de verklaring van Josephes te accepteren,  dat zij wapens nodig hadden voor Mennahem’s poging de troon te veroveren, stelt men zich tevreden met slechts een deel van het antwoord;. Want dit verklaart niet waarom drieduizend mannen, vrouwen en kinderen  de berg moesten beklimmen, als het enkel om het verkrijgen van wapens ging. De mannen, okay….maar al die anderen, nee!

En waarom was het dan noodzakelijk voor de meeste van die drieduizend om daar te blijven, voor het grootste deel van die zeven jaar, en voor duizend van hen de gehele tijd, nadat ze die wapens hadden  vergaard?

En terwijl al deze taaie goed bewapende troepen hun tijd luierend doorbrachten gedurende die zeven jaren, bloedde de rest van Israël om hen heen dood.

Dat zij niet allemaal enthousiaste aanhangers van Mennahem schenen te zijn  lijkt duidelijk, want het was niet enkel slechts een ‘handjevol’ Zeloten wat aan de slecht aflopende onderneming te Jeruzalem zou deelnemen.  Maar toen het mislukte keerden de overlevenden gelijk terug naar Masada en bleven daar voor op zijn  minst nog eens zes jaar.

Wat was hun doel?

Als we het juist hebben met de veronderstelling dat de inname van Masada slechts de vonk was die de vlammen van de oorlog zou doen oplaaien----waarvan het doel was de Hasmoneese troon te restaureren-----waarom bleven de Zeloten dan daar nadat hun leider was gestorven? En wat van nog groter belang is, waarom stond de volgende erfgenaam niet op? We weten dat Eleazar ben Yaïr verwant was aan Mennahem, dus waarom ondernam hij dan geen poging?

Dat hij dat niet deed doet vermoeden dat er nog een andere Hasmoneese erfgenaam te Masada was die ouder was dan zowel Eleazar als Mennahem, en dat deze  mogelijk  voor zijn beurt was gegaan.

Indien dit het geval was, waarom stapte deze oudere pretendent dan niet naar voren?  Het vermoeden bestaat dan dat hij dat al had gedaan, en dat het zijn eerdere poging tot troonverovering betrof waar het in deze oorlog eigenlijk om te doen was.

Dit zou dan inhouden dat het wat betreft de poging van  Mennahem een opstand binnen een opstand betrof.   Het feit dat zijn ‘heerschappij’  in Jeruzalem slechts verbazend kort was,  en dat hij na enkele dagen reeds  werd afgezet  en ter dood werd gebracht door een rivaliserende Hasmoneese  partij, neigt deze veronderstelling te ondersteunen.

Deze verborgen pretendent even latend voor wat hij is, laten we nu eens gaan zoeken naar een antwoord  op nog zo’n intrigerende vraag. Waarom legden de Romeinen een beleg om Masada?

Op het eerste gezicht lijkt de verklaring van Josephes hiervoor in orde, maar is het dat ook?  Hij zegt:

”In Judea Bassus was ( de procurator) gestorven en de nieuwe procurator was Flavius Silva  die zag hoe het gehele land ontdaan was van z’n  kracht en dat slechts een fort nog in staat was het vol te houden en dat hij daarom hier naartoe marcheerde met alle beschikbare  eenheden  Dit fort was Masada wat bezet werd door Sicarih ( een schaduw van Judas de Sicarii) onder het commando van…”

De rest weten we.

Moeten wij bovenstaande als juist beschouwen?

Het leiderschap over de Romeinse troepen in Judea van generaal Vespasianus,  die keizer van Rome was geworden,  kwam in de handen van zijn zoon Titus----die later ook keizer werd---die met vijf legioenen en wat assisterende troepen  zoals cavalerie, boogschutters en genietroepen de gehele versterkte anderhalve vierkante kilometer grote Heilige stad,  die door meer dan een miljoen werd verdedigd,  met de grond gelijk….. in slechts zeven maanden!

                                                                  

En toch wordt er van ons verwacht te geloven dat  een volledig legioen-----en wel het meest geharde en beste waarover Rome beschikte, namelijk het bloedige Tiende-------, een/vijfde van Titus’  volledige leger, werd uitgezonden  om een geïsoleerd fort in de woestijn van Judea te onderwerpen.  Wat in dit stadium slechts werd verdedigd door niet meer dan zo’n zeshonderd krijgslieden.  Er bestaat geen twijfel over dat dit werkelijk gebeurde, maar wat wij aanvechten is de reden waarom dit gebeurde.

Er waren----en zijn nog steeds------slechts twee wegen om Masada in of uit te gaan.

Ten tijde van het beleg waren beide steile geiten-paadjes die extreem moeilijk in veiligheid te begaan waren. Een half cohort----zo’n tweehonderdvijftig man-----kon deze beiden efficiënt en volledig effectief verzegelen,

                                                                         

toch nam de procurator van Judea persoonlijk het bevel over het ervaren Tiende legioen van Larcius Lepidus over  en leidde de zwetende, vloekende, 6000 veteranen, plus zo’n  15000 Joodse gevangenen, de oven in die de woestijn nu eenmaal was. Met het vooruitzicht op een onbeperkte tijdsduur.

Hier, waar om de paar dagen voedsel en water van  vele kilometers  ver  vandaan moest worden gehaald, werkte het legioen zich als koelies uit de naad naast de gevangenen om een immense ommuring te bouwen. Hier vulden zij een volledige vallei en bouwden zij een gigantische 50 meter hoge belegeringstoren---en hadden er drie jaar voor nodig dit alles te bereiken----om schijnbaar oog in oog met de verdedigers te komen staan. En dat is dan alles waar het om zou gaan, tijdens het hele gebeuren hoefden de Romeinen niet eenmaal hun zwaarden te slijpen.

Er moet toch wel een andere akelig dwingende reden voor deze lange, zware, abnormaal dure en wanhopige campagne zijn geweest?  De reden die Josephes ervoor opgeeft is niet goed genoeg.

Dus staan we tegenover een drietal vragen:

*) ‘Waarom waren de Zeloten te Masada?’

*) ‘Waarom stapte er geen Hasmoneese pretendent naar voren na de dood van Mennahem?’

*) ‘Waarom ondernamen de Romeinen zulke  Herculische staaltjes om 600  Zelotische strijders te verslaan?’

En aan deze voegen we dan nog een vierde toe die misschien wel de sleutel van het gehele mysterie is:

*) ‘Waarom pleegden de Zeloten allemaal zelfmoord op de nacht van 14 april AD 73?

Bijna 80 generaties hebben zonder vragen te stellen de uitleg geaccepteerd dat zelfvernietiging het door de bezetting geprefereerde alternatief was voor in de handen van de Romeinen te vallen.  Toch mag hier serieus aan getwijfeld worden.

Hoewel de Romeinen wreed omsprongen met sommige gevangenen, en vaak hele dorpen en steden meedogenloos afslachten, was dit vaker wel dan  niet het resultaat van Joods verraad en onbuigzaamheid, er zijn evenveel voorbeelden van Romeinse generositeit voor hen die verslagen waren en, inderdaad, is Josephes daar zelf het levende voorbeeld van.

En daar dit zo was lijkt er maar weinig  twijfel dat, minstens tot de tijd dat de stormram aan zijn werk zou beginnen, het garnizoen er maar weinig problemen mee zou hebben gehad om over een edelmoedige overgave te onderhandelen……..dat is als zij slechts waren geweest wat men zegt dat ze waren, rebellen.  Daar ze geen poging ondernamen te onderhandelen maar ‘verkozen’  om te sterven, geeft aan dat het om meer moet zijn gegaan  dan louter een gebrek aan strijdlust.  Als men zich realiseert dat de Zeloten erom bekend stonden dat ze altijd tot de laatste man stand wisten te houden, dan wordt hun ogenschijnlijke  ineenstorting nog minder begrijpelijk, totdat men zich dan herinnert dat de Zeloten eigenlijk religieus militant waren. 

Josephes noemde hen de vierde staat, na de Farizeeën, de Sadduceeën en de Essenen.

Ontsprongen aan de onbuigzame Maccabeeën en toegewijd  aan de religieuze regels van deze familie, kan hun plotselinge opgeven en zelfvernietiging te wijten zijn aan een plotselinge opleving van de oorspronkelijke Maccabeese weigering  in strijd met God’s wet te handelen en op Sabbath te vechten.

We weten dat hoewel Judas Maccabeus het verbod naast zich neerlegde omdat het op dat moment raadzaam was, het later wel weer in ere werd hersteld.  Want toen Pompejus Jeruzalem omstreeks  60 v. Chr. aanviel, een eeuw voor Masada, kwam hij er al snel achter dat de eenvoudigste weg naar victorie lag in enkel maar aanvallen op de Joodse Sabbath.  Dan mocht  hij gewoon op de muren in rammen terwijl niemand een hand uitstak om hem tegen te houden.

En zo lijkt het erop dat de Zeloten meer angst hadden voor hun kalender dan voor de Romeinen.

Het was laat in de namiddag toen  er een bres werd geslagen in de muur van Masada. Daar zij er  een hekel aan hadden om ‘s nachts te vechten, wat zij onmogelijk achtten vanwege de duisternis, trokken de Romeinen zich terug tot de volgende ochtend. Enkele minuten nadat zij dit deden ging de zon echter onder en begon er een nieuwe Joodse dag……wat wel eens de Sabbath zou kunnen zijn geweest! 

Niet bij machte om die dag te vechten, of voor overgave te onderhandelen, was het vooruitzicht van de Zeloten een zekere slachting bij het morgendauw.

Dit is in feite nu precies  wat de ‘vijftiende’  rol die te Masada is gevonden, en waarin de auteur, Jezus van Gennesareth,  schrijft dat de Romeinen de muur hadden doorbroken ‘op de vooravond van Sabbath’, aangeeft  Waarom anders dit feit noemen, tenzij het een belangrijke rol zou gaan spelen in de gebeurtenissen die zouden volgen?

Nu we de schrijver van de rol weer ‘op het podium’ hebben kunnen we ondervinden dat hij een ideale opkomst heeft gemaakt, want hij is degene waarvan we geloven dat hij het antwoord zou kunnen leveren op alle drie de vragen over Masada:’Waarom waren de Zeloten daar?’, ‘waarom trad de volgende pretendent niet naar voren?’ en ‘waarom deden de Romeinen zo’n extreme moeite om deze plaats in handen te krijgen.?’

Deze Jezus van Gennesareth beweerde de laatste te zijn van de Hasmoneese koningen van Israël, wat in duidelijke bewoordingen betekent dat hij een erfgenaam was voor de troon------die niet bestond-----en dat hij die zou betreden in het geval van een restauratie. En dit hield  meer in dan enkel het in ere herstellen van de voormalige dynastie, het zou in feite het  koninkrijk van God op aarde terugbrengen.  Precies datgene waarom die andere Jezus bekendheid genoot dat hij dat zou brengen.

De Zeloten waren te Masada, zeggen we, omdat zij waren aangesteld als de koninklijke lijfwacht van de familie, en de persoon die Hasmoneese erfgenaam was. En dat was dan de schrijver van de rol, Jezus van Gennesareth. Masada was dan in zijn naam ingenomen in AD 66, terwijl hij nog ergens anders was----zoals Qum Ran-----incognito.  Maar hij was zich er maar al te goed van bewust  dat zijn geheim ooit bekend kon worden, en dat op een dag de wraak van Rome snel en bloedig zou zijn. Het was vanwege die dag dat een andere, en een veiliger,  schuilplaats nodig zou zijn en dat daarom Masada werd ingenomen. Onderwijl misbruik makend van de afwezigheid van de ware erfgenaam probeerde de trouweloze Mennahem zelf de macht te grijpen en kwam daarbij om.

Uiteindelijk kwam in 68 AD de dag waarvoor Jezus van Gennesareth  twee jaar daarvoor al bang was geweest, de Romeinen  vielen Qum Ran binnen.  En, juist voordat ze dit deden, glipte de erfgenaam der Hasmoneeën zuidwaarts naar Masada waar alles reeds voorbereid was voor zijn komst. Opnieuw zwermden de Zeloten rond hun ‘bijenkoningin’ die , deze keer, een koning bleek.

                                                               

Ofwel de Romeinen dachten dat ze hun mannetje te Qum Ran te pakken hadden gekregen, of zij realiseerden zich dat hij was ontkomen en vermoedden reeds dat hij te Masada was maar zette alle plannen om hem te pakken te krijgen opzij totdat Jeruzalem was gevallen. Waar of niet, het is een feit dat zij geen actie tegen het fort ondernamen totdat de Heilige Stad weer in hun bezit was.

Daar zij de geschiedenis van Judea bijna evengoed kenden als de Joden, waren de Romeinen zich maar al te goed ervan bewust dat Masada twee eeuwen een Hasmonees toevluchtsoord was geweest tot de tijd van Herodes de Grote, dat het toen hem had toebehoord en dat het nu vrijwel zeker weer werd gebruikt door een andere Hasmoneese koning die omringd was door  zeshonderd fanatici die gezworen hadden hem met hun levens te verdedigen.

Als we het juist zien door de rolschrijver Jezus van Gennesareth als deze Hasmoneese koning te beschouwen, dan moeten we hem ook zien als de Joodse uitverkoren Messias.  Zoals de Zeloten hem moeten hebben gezien en mogelijk de rest van het land ook.  De Joden vochten zeker tegen Rome, maar als het niet voor deze potentiële koning was waarvoor vochten zij dan? Als het niet om hem ging, waar ging het dan om?

Er was niets. Zonder een doel zou de rebellie en die hele oorlog  zinloos zijn en toch was er in het hele land, van het ene eind tot het andere, een grote strijd gaande. Er moet een reden voor de Joden zijn geweest om deze oorlog te beginnen, en het is absurd om er onder deze omstandigheden vanuit te gaan dat het niet om een restauratie van de troon  zou zijn gegaan.

Dit gold zeker voor de Zeloten die gezworen hadden hun Koning-Messias, die door God was gezalfd,  tot de dood te verdedigen en zij zouden God’s Wet maar zelden hebben gebroken door op Sabbath te gaan vechten.

Daar de kalender ervoor zorgde dat een gewisse  dood onvermijdelijk leek vonden zij het voor God en henzelf  aanvaardbaarder dat de zwaarden waardoor zij zouden sterven die van henzelf waren dan die van de Romeinen. 

Hiertoe moet zijn besloten door Jezus van Gennesareth toen de Sabbath begon en zijn akelige beslissing werd door de commandant Eleazar ben Yaïr, en zijn naasten, aan de mensen overgebracht

( Dankzij Josephes, die zou hebben gesproken met de overlevenden die zich hadden verstopt, is de redevoering van Eleazar ben Yaïr bekend: Hieronder volgt ie, ter aanvulling.

"Sinds de primitieve mens begon te denken, hebben de woorden van onze stamvaders en goden, gesteund door de acties en geest van onze voorvaderen, ons voortdurend de indruk gegeven dat het leven en niet de dood een ramp voor de mens is. De dood geeft onze zielen vrijheid en laat deze naar hun eigen zuivere tehuis vertrekken, waar zij niets van een ramp weten; maar als zij in een sterfelijk lichaam zijn opgesloten en de ellende ervan delen; zijn zij in waarheid  dood. Want de omgang van het goddelijke met het sterfelijke is heel ongepast. Zeker, de ziel kan veel doen, zelfs als hij in het lichaam is opgesloten; hij maakt van het lichaam zijn eigen gevoelsorgaan, laat het onzichtbaar iets doen en betrekt het bij acties die verder gaan dan de sterfelijke natuur. Maar als hij bevrijd is van het gewicht die hem aan de aarde bindt en aan hem hangt, keert de ziel naar zijn eigen plaats terug en heeft in waarheid deel aan een gezegende macht en een volkomen bevrijde kracht, die voor het menselijke oog even onzichtbaar is als God zelf. Zelfs als het in het lichaam is, kan het niet worden gezien. Het komt ongemerkt binnen en verdwijnt ongezien, want het heeft een onvergankelijke natuur, maar het veroorzaakt een verandering in het lichaam; wat door de ziel wordt aangeraakt leeft en bloeit, wat door hem wordt verlaten verwelkt en sterft: zo overvloedig is zijn onsterfelijkheid.

Er zijn dappere mannen die dit leven als een dienst aan de natuur beschouwen, die ze met tegenzin ondergaan en ze haasten zich hun ziel van hun lichamen te bevrijden; hoewel geen ongeluk hen verdrijft,brengt het verlangen naar het onsterfelijke leven hen ertoe hun vrienden te vertellen dat zij gaan vertrekken." ).

Volgens Josephes werden er loten getrokken om tien mannen te selecteren, met Eleazar aan het hoofd,  die iedere man, vrouw en kind te Masada zouden doden

Verbazend genoeg zou het verhaal van die elf loten bevestigd worden toen de archeologen in de resten van wat de commandopost moest zijn geweest elf  aardewerken scherven zouden ontdekken met op elk daarvan  de naam van een man geschreven……een daarvan werkelijk ‘Eleazar ben Yaïr’, waarschijnlijk in zijn handschrift.

                                                                         

Nadat de loten waren getrokken en op de grond waren gegooid gingen de mannen op weg om hun vreselijke taak te verrichten. Er wordt ons verteld dat hele families naast elkaar op de grond lagen en hun borst kalm aan het zwaard aanboden.

Terwijl de gewone mensen met tien tegelijk stierven, leidde Eleazar ben Yaïr waarschijnlijk de Koninklijke Familie van jong tot oud naar de grot aan het zuidelijke uiteinde van het plateau.

                                           

Als ze dan toch moesten sterven, dan op zijn minst zouden zij daar nog met enige waardigheid en in privacy liggen. Een plechtig gemompeld gebed en daarna doodde Eleazar hen zo snel en pijnloos als maar mogelijk was.

Nadat hij zijn vreselijke taak had uitgevoerd moet Eleazar zorgvuldig die andere slachtplaats hebben geïnspecteerd en nadat hij gezien had dat zij allemaal dood waren en de gebouwen in brand waren gestoken,  zoals hij had bevolen,  ging hij naar de overige tien toe die op hun beurt zich overgaven aan zijn bloedige zwaard.

Maar zijn taak was nog niet voorbij, hij liep langzaam naar Herodes de Grote’s  villa  die zich op een uitsteeksel onder de top bevond, waar zijn jonge vrouw en zoon zijn komst afwachtten…..en de Dood wachtte op hen allemaal.

                                                                                  

Een mogelijk bezwaar tegen de veronderstelling dat de vijfentwintig leden van de Hasmoneese Koninklijke Familie in de grot werden gedood is de moeite die de archeologen hadden om de plek te bereiken. Hoe hadden vrouwen en kinderen en een man over de 70 dat klaargespeeld?  Duidelijk moet er in AD 73   een makkelijker toegangsweg hebben bestaan die sindsdien weg was geërodeerd. Want  had die er niet geweest, en waren zij niet levend naar die grot gegaan, dan had dit nog grotere moeilijkheden voor de  Zeloten ingehouden dan de archeologen hadden ondervonden. 

Als zij wel op een andere plaats waren gedood en men naderhand  hun lichamen met touwen in die grot  had laten zakken dan legt dit nog meer de nadruk op de veronderstelling dat het wel een heel bijzondere groep moet hebben betroffen, het maakt dit dan nog waarschijnlijker.

Dat de Israëlische regeringsafdeling van antiquiteiten---onder wiens auspiciën de gehele Archeologische Expeditie viel----- enige vermoedens moet hebben gehad over hun identiteit wordt merkbaar door wat er daarop nog volgde in de vreemde geschiedenis van de vijfentwintig skeletten.

Hoewel ze laat in 1963 of begin 1964 waren ontdekt,  en het Joodse Rabbinaat op dat vroege moment  angstvallig in de gaten hield  of ze wel een juiste religieuze begrafenis zouden krijgen, werden de resten boven de grond gehouden-----hoewel ze met het uiterste respect werden behandeld------voor een periode van zes jaar, tot juli 1969.

Alhoewel er heus wel een erg goede reden voor deze vertraging moet zijn geweest, blijft het vreemd, met het oog op de bezorgdheid van het Joodse Rabbinaat, dat het zo lang zou duren.

Met volledige militaire eer werden de vijfentwintig helden van Masada-----de foetus niet meegerekend----in een gemeenschappelijk graf aan de voet van de berg te ruste gelegd. Negentienhonderd jaar na hun tragische, nobele, dood te Masada.

Als deze treurige beenderen alles betrof wat er over was gebleven wan de Hasmoneese Koninklijke Familie, lijkt het welhaast onmogelijk om de patriarch van over de zeventig niet te identificeren als de schrijver van de rol die ter sprake was gekomen  op vliegveld Lod die nacht in 1964. De mysterieuze Jezus van Gennesareth die zichzelf beschreef als een ‘zoon van bijna tachtig jaar’, en ook als de ‘laatste Hasmoneese koning van Israël’  en zodoende, de Messias.

Was hij in daarnaast ook nog  meer dan dat?

Er was een eerdere toespeling gemaakt op een bijzonder belangrijke invloed die de commandant van Masada, Eleazar ben Yaïr, mogelijk zou kunnen hebben op dit onderzoek. En dat ligt in zijn goede, volledige Hebreeuwse, naam die toch uiterst ongebruikelijk is en die men slechts twee maal buiten de schrijfsels van Flavius Josephes tegenkomt.

‘Yaïr’ was de naam die gedragen werd door een van Israëls vroege Richters of stamhoofden die voor de dagen van de grote en glorieuze Koning David over de oude Hebreeën regeerden.  ( Deborah, de dochter van Jaser, was eveneens Richter , evenals de fameuze Joodse Hercules Samson!  Richter had schijnbaar zowel een religieuze als politieke betekenis.)

In de Griekse vorm ‘Jaïrus’ kan het  zelfs gevonden worden in de Christelijke evangeliën, Jairus was de naam van de leider van de Synagoge te Capernaüm, wiens dochtertje volgens  zeggen uit de dood zou zijn herrezen……dankzij Jezus!!

Om diegene die misschien wel een kleinzoon van deze Jaïrus moet zijn geweest------wiens familie zich op een onuitwisbare manier dan verplicht moet hebben gevoeld ten opzichte van Jezus-----als commandant van het garnizoen Zeloten te Masada terug te vinden wat gezworen had het leven van Jezus van Gennesareth  met dat van henzelf te verdedigen is een toeval van wel zulks een enorme proporties dat het dat nauwelijks kan zijn geweest.

Er wordt nog een verbazingwekkende toegift geleverd door één van de best bewaard gebleven gebouwen van Masada,  de ruïne van een Christelijke kerk die omstreeks de 4e eeuw door monniken van de Byzantijnse kerk te Constantinopel  daar zou zijn gebouwd.  Hier, tussen wat toen al de ruïnes waren van het paleis van Herodes de Grote en de zielige relieken van het tragische offer wat de Joodse helden hadden gebracht, verkozen deze Christelijke monniken om hun piepkleine kerkje te bouwen. Bijna vijfhonderd jaar lang leefden zij hier en aanbaden zij Jezus van Nazareth……en toen verdwenen ze.

Byzantijnse monniken zwermden uit over Palestina (Judea) toen het Christendom de officiële religie van het Romeinse Rijk werd in 323 AD, en zij bouwden veel van deze kerken en kloosters door het hele land. Zonder uitzondering werden deze gesitueerd op plaatsen-----hoe onjuist dan ook soms-----die volgens de Christelijke tradities als heilig werden beschouwd vanwege hun associaties met Jezus van Nazareth.

Waarom bouwden ze dan zo’n kerk hier te Masada, waarvan niet verondersteld wordt dat het ook maar het minste met hem of  die allereerste Nazorees-Christelijke gemeenschap van doen kon hebben gehad?

Want ondanks dit werd het als een uiterst heilige plaats beschouwd.

Waarom?

Het antwoord op deze vraag moet een akelige bron van zielensmart zijn voor Christenen…… zoals eveneens dat graf aan de voet van Masada.

Nu ons detectiveverhaal vrijwel is verteld vragen we ons af of de nep ‘Professor Max Grosset’ achteraf misschien toch gelijk had?   Deze vraag zal door iedereen van ons op zijn of haar eigen manier beantwoord moeten worden aan de hand van wat ie gelooft………….of niet.

Misschien waren ‘Jezus van Gennesareth’ en zijn ‘vijftiende’  schriftrol wel vervalsingen en een hoax, en Professor Grosset stapelgek.

Misschien.

Indien dit echter  zo is dan lijkt het wel buitengewoon hoe zijn ‘onmogelijke’  identificatie van de schrijver van de rol,  en wat er in het document wordt beweerd , zo sterk ondersteund wordt door geschiedkundig onderzoek…….en zelfs door de evangeliën zelf.

Men zou zich haast gaan afvragen hoe dat dan te verklaren valt.

En die schriftrol?  Dat vermeende testament van Jezus van Gennesareth, waar is dat nu?

Nu het volledige verhaal is verteld van hoe deze auteur hierbij betrokken was geraakt, kan er enkel nog maar over gezegd worden dat het wel eens in de Sovjet Unie zou kunnen zijn beland, en dat het bestaan ervan al bekend is bij de bij de hoogste leden binnen de hiërarchie  van de Christelijke kerk,….. evenals de inhoud ervan.

(Opmerking van de vertaler:  Nu is het van belang dat men de politieke situatie in de wereld in ogenschouw neemt op het moment dat deze schrijver zijn ervaringen zou hebben, dat was namelijk  midden in  de ‘Koude Oorlog’. Uit wat volgt blijkt duidelijk hoe de schrijver een ‘kind’  van die tijd was, en al zijn vermoedens zijn dan ook gebaseerd op wat de gemiddelde, en vooral de westerse,  mens in die tijd over een en ander dacht. )

Vroeg in februari 1967zou er een verbazingwekkende gebeurtenis plaatsvinden!  Ineens werd de vijftig jaar oude kloof van vijandigheid tussen het Vaticaan en het Kremlin op een dramatische wijze overbrugd door de premier Podgorny van de U.S.S.R., die een dringend audiëntieverzoek indiende----wat hij verkreeg----bij Zijne Heiligheid,  paus Paulus.

De details van deze ontmoeting zijn nooit openbaar gemaakt en er was zelfs geen aanwijzing waar het over zou zijn gegaan.  Er werd zelfs niet over gefluisterd in een verbaasde en niet gelovende wereld.

De waarschijnlijkheid dat die audiëntie de onsterfelijke ziel van de Russische premier zou kunnen hebben betroffen  lijkt wel zo ver weg dat het niet loont het zelfs maar in overweging te nemen.  Wat dan resteert is dat het over politiek moet zijn gegaan-----de hoofdbezigheid van de kerk, zoniet de roeping-----wat het vermoeden zou kunnen doen rijzen dat Zijne Heiligheid voor het eerst over de ‘Vijftiende’  schriftrol zou vernemen, en over Jezus van Gennesareth.

 Bij een toch wel erg merkwaardig toeval zou vrij kort na deze ontmoeting de verhouding tussen de kerk en het Kremlin een veelzeggende verandering ondergaan. Niet enkel in Rusland maar zelfs in de satellietstaten schijnt de Antichrist omver te zijn gegooid  toen de pers over zichzelf zou struikelen in de haast de eerste te zijn om de Katholieke  kerk  te prijzen.  Na vijftig jaar lang laster was alles plotseling zonneschijn en een stralende lach. Waarom?

 Het onderonsje tussen Rome en Moskou zou spoedig worden onthuld.  Het Vaticaan zou de moslems eensgezind ondersteunen in hun bittere strijd met Israël, wat voor sommigen vreemd mag hebben geleken totdat  men zich herinnerde dat Moslem Egypte, Moslem Syrië, Moslem Jordanië en nog enkele andere Moslems de Arabische geallieerde staten vormden in hun beroemde zesdaagse oorlog met Israël.  En zij werden allemaal ondersteund met wapens uit de Sovjet Unie en bevonden zich op een koers die het Kremlin deed glimlachen.

Waarom zou het Vaticaan zich in zulke waanzin mengen?

Er wordt gesuggereerd dat het Vaticaan geen keuze had. Het enige wat het kon doen was die bittere pil wat verzachten door de Joden te bevrijden van het bijna twintig eeuwen oude schuldgevoel over het aandeel wat hun voorouders zouden hebben gehad in de dood van Jezus van Nazareth.

Waarom? En waarom juist op dat moment?

Kwam het soms door enige plotselinge twijfel over hoe en wanneer de historische Jezus in werkelijkheid was overleden?

En zoals u nu kunt zien is er een aardige kans dat het merkwaardige oude perkament wat zovele eeuwen geleden geschreven zou zijn geweest door de hand van Jezus van Gennesareth als zijn testament een heuse ‘Tijdbom’ zou kunnen  zijn die de laatste uren van het Christelijke geloof doet wegtikken…….het geloof zoals wij het kennen, of denken dat we dat doen.

( En daarin heeft de schrijver sowieso gelijk. Niet enkel door zijn ervaringen en ontdekkingen maar ook door die van schrijvers en onderzoekers na hem is er wel zoveel aan het licht gekomen over de oorsprong van het Christelijke geloof, de bron,  dat het geloof zoals het de laatste twee millennia is verkondigt grondig dient te worden herzien. Na twee eeuwen van onnatuurlijke stilstand zou er nu wel weer eens een onstuimige groei voor in de plaats mogen komen )

Opnieuw willen we u  herinneren aan de Deken van de St. Paul die, zo’n tien jaar geleden-----en  eigenlijk in een heel andere context ----zei:

”Ik zie geen reden om van de veronderstelling uit te gaan dat het verlaten van de historische basis van het Christendom gelijk specifiek het einde van de religie zou betekenen.”

Grappig genoeg zou juist die apostel waarnaar de Dekens kathedraal zou worden vernoemd zelf schrijven:

“Houd vast wat goed is.”

Bedenk wel dat hij niet schreef dat men dat vast moest blijven wat waar is!

In dit ene feit ligt mogelijk het werkelijke geheim van de hele Christelijke ethiek.  Eens komt de dag dat iemand dit uit gaat proberen en als het werkt, wie weet waar het de wereld dan toe zou kunnen leiden?

 


 

 


 


Chaoskronieken: Home-Kronieken-Het Jezus testament-21/ Oplossing enigma

20/ Skeletten Kronieken: Appendix