Blijft er nog één onbeantwoord gegeven
bestaan,
hoe zou het Jozef-----uit Areimeh-----verder
vergaan?
Gaat men naar informatie over deze persoon op
zoek,
dan vindt men die in een geheel onverwachte
hoek.
Onverwacht in zoverre want
men vind overleveringen in Engeland.
Als tinhandelaar was er één plaats waar hij naar reizen
kon
en wel naar het in Cornwall gelegen
'Marazion'.
'Jodenmarkt' is de betekenis van die
naam
en om de tinhandel daar had het een zekere
faam
Verhalen weten echter uit te
wijzen
dat Jozef nog een stukje verder zou
reizen.
Hij zou noordwestelijker, naar Somerset,
gaan,
waar nu nog de ruïnes van een abdij blijken te
staan.
Er zijn zekere legendes daar die weten
te berichten
dat hij daar een eerste christelijke kerk zou
stichten.
Maar men gaat daar op nog een gerucht prat
en dat is hij dat hij een metgezel bij zich
had.
Deze metgezel verwierf kort een zekere faam
want hij had Josephes Jezuszoon als naam.
Als tweede zoon had hij de naam van zijn
oom
dat is zelfs in onze tijd nog wel gewoon.
Hij was bij Jozef veilig en kon van deze een vak
leren
en mogelijk de nalatenschap van zijn ouders
beheren.
Veel zaken in vooral Glastonbury zouden aan hen herinneren
gaan,
zij kwamen zelfs in de verhalen over Avalon te
staan.
Maar vrijwel niemand realiseert zich één specifiek
ding,
dat het eerder over een overeenkomst van overtuigingen
ging.
We volgden de leden van dit bijzondere reisgenootschap nu
wel
maar hoe ging het verder met die achterbleven in
Israël?
------------------------------
Maria’s leven was verder vreedzaam, voor Jezus was dat
wel anders want
hij bleef daar de organisator zijn van menig
opstand.
De eerste was een tamelijk kleintje gebleken, snel in de
kiem gesmoord
En vele medestanders werden dan ook gelijk al door de
Romeinen vermoord.
Hij had moeite de Judeeërs erin mee te krijgen
want
een 'onecht' kind
volgen leek erger dan
heulen met de vijand.
Veel Galileese zeloten
trokken zich nu terug langs de ‘Dode
Zee’
Ergens ook weer doelbewust, want met die streek daar was iets
mee.
Later zou er weer een eens opstand volgen, na zo’n 20
jaar.
En die werd wederom geleid door een zekere
‘Egyptenaar’
Naast 'Egyptenaar' werd hij ook ‘valse profeet’
genoemd.
En daarnaast, zei men, was hij tevens als ‘ziener’ beroemd.
Praat men met Joden vandaag de
dag,
of vraagt men hen of men in hun boeken kijken
mag.
Dan leest men dat Yeshua de Galileeër een ‘wonderdoener’
was.
En dezelfde beschrijving voo hem is ook binnen de
Islam van pas.
En die ‘wonderdoener’
en die ‘Egyptenaar’ komen dus
erg overeen...
Als men hun doelstellingen vergelijkt vermoedt men dat ook
meteen.
----------
Die opstand was wel belangrijk, de religieuze boodschap ging gewoon
door
Een ander leidde die gemeenschap nu, daar was de ‘broeder des
Heeren’ voor.
Want Jezus kon zich als 'dode' niet meer in Jeruzalem laten
zien,
hij had het als verzetsleider te druk met andere zaken
bovendien.
Jezus zou zich zelf daarvoor in 'Damascus'
bevinden,
een plaats die men tegenwoordig aan het land Syrië kan
binden.
Maar het betekent in de eerste plaats een 'doorwaadbare
plek'.
Een omschrijving als deze deed het op andere plaatsen
evenmin gek.
In het noorden aan de Dode Zee, in dit geval bij Qum
Ran
bevindt zich een plaats die aan die omschrijving voldoen
kan.
Vele vrijheidstrijders waren hier ook nog
eens neergestreken.
Vanuit een strategische ligging was dit niet eens zo slecht
bekeken.
Johannes de Doper en zijn moeder waren eveneens ooit hierheen
gevlucht
en van hun verblijfplaats bij de Essenen daar kreeg Herodes nooit
echt lucht.
Jezus kon dan wel nu niet meer naar Jeruzalem tot zijn grote
pech,
deze stad was van zijn hoofdkwartier te 'Damascus' toch niet al te
ver weg.
.jpg)
Hij wilde het niet opgeven, ondanks de nodige
tegenslagen.
Er waren vele zorgen die hij met zich mee moest
dragen.
De Romeinen waren door de opstanden natuurlijk zeer
verbolgen
maar de Sadduceese Tempelmilitie zou zijn ketterse
aanhangers vervolgen.
Alsof dat nog niet voldoende was ging zijn oudste broer zijn
eigen gang.
Daar moest hij gauw iets aan gaan doen, wachten kon hij niet
al te lang.
Toen kreeg hij plots een meevaller, uit een wel heel
onverwachte hoek.
Er bleek namelijk een lid van de tempelmilitie naar zijn
volgelingen op zoek.
Die persoon die van zo'n groot belang zou worden
dus
was een Griekse jood met de naam Saulus van
Tarsus.
-------------------------